Puzzelen, wat leert je kind?

Tine     23.02.2020

Kinderen leren verschillende vaardigheden tijdens het puzzelen. Ze oefenen hun visueel geheugen, probleem-oplossend vermogen, fijn-motorische vaardigheden en taalontwikkeling. Na het lezen van het artikel zal je merken dat er meer elementen dan enkel het aantal stukjes de moeilijkheidsgraad van een puzzel bepalen.

Visueel geheugen

Wanneer je een stukje aan een ander stukje wilt leggen, gaat dit gemakkelijker als je een visueel beeld hebt van de volledige prent. Hoe groter het puzzelstuk, hoe meer informatie je hebt en dus hoe gemakkelijker het is om puzzelstukken aan elkaar te leggen.

Geef kinderen die nog wat moeite hebben met puzzelen een voorbeeld. Vaak staat dit afgebeeld op de doos. Is dit niet zo, neem dan een foto.

Je kan kinderen hier ook mee helpen door de puzzelstukjes op kleur te sorteren. Puzzelstukken met dezelfde kleur horen vaak bij elkaar.

Probleem-oplossend vermogen

Hoe gaat je kind te werk? Neemt hij willekeurig 2 stukjes en past hij deze aan elkaar? Zoekt hij eerst stukjes met een rand? Hoe veel keer probeert je kind een puzzelstukje te puzzelen alvorens het een ander neemt?

Puzzels kunnen kinderen uitdagen om problemen te leren oplossen. Probeer je als ouder in te houden om voor te zeggen waar een puzzelstukje moet. Merk je dat er frustratie ontstaat? Geef dan richtlijnen, in plaats van het voor te zeggen. Je kan bijvoorbeeld focussen op de kleur, “kijk, dit stukje is paars en dat ernaast ligt is groen, dus dat kan niet passen, waar zie je nog paars?” of wijzen op een detail “kijk eens, hier zie ik precies een stukje van een snavel”.

Je kan samen met je kind op zoek gaan naar een strategie die voor hem werkt: eerst alle randjes zoeken om dan het kader te maken kan, maar je kan ook werken op basis van de afbeelding: bijvoorbeeld eerst alle stukjes die bij de piraat horen bij elkaar zoeken.

Fijne motoriek

Het zoeken van het juiste stukje vraagt ook wat fijn-motorische vaardigheden. Je kind moet het juiste stukje tussen al de andere stukken kunnen passen, eventueel nog draaien. Als het niet juist is, moet je kind het stukje ook weer voorzichtig kunnen vastnemen.

Taalontwikkeling

Puzzelen is ook een hele goede manier om bezig te zijn met taal. Ruimtebegrippen zoals ‘bovenaan’, ‘onderaan’, ‘links’, ‘rechts’, ‘omdraaien’, zijn begrippen die bij elke puzzel wel aan bod komen. De afgebeelde tekening biedt nog meer taalmogelijkheden. Maak je bijvoorbeeld een puzzel van een koe, heb je het over de poten, de staart, de kop,…

Een puzzel is een goede manier om nadruk te leggen op kleinere onderdelen van een groter geheel. Puzzels die uit 2 stukken bestaan, zijn vaak thematisch, bijvoorbeeld het jong bij de mama of het dier bij zijn voedsel. Dit stimuleert eveneens de taalontwikkeling.

Voor welke leeftijd?

Meerdere factoren bepalen welke puzzel geschikt is voor welke leeftijd. Het aantal stukjes is 1 ding, maar ook de grootte van de stukjes of de complexiteit van de tekening speelt een rol. Ook de interesse van je kind speelt mee. Puzzelt je kind vaak, zal hij er wellicht snel beter in worden dan wanneer je kind op 3 jaar voor de eerste keer een puzzel krijgt. Probeer de leeftijdsindicatie die op de doos staat uit en kies dan of je een gemakkelijkere of moeilijkere puzzel kan aanbieden.